Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet belastingen op milieugrondslag

 

Artikel 56
1
De belasting met betrekking tot halfzware olie, gasolie en vloeibaar gemaakt petroleumgas wordt verschuldigd op het tijdstip waarop de accijns ter zake van die brandstoffen verschuldigd wordt of zou worden indien van die brandstoffen accijns zou worden geheven.
2
In afwijking van het eerste lid wordt de belasting bij toepassing van artikel 52 verschuldigd op het tijdstip waarop het gebruik plaatsvindt.
3
De belasting met betrekking tot de levering van aardgas en de levering van elektriciteit wordt verschuldigd:
a
in gevallen waarin een voorschotnota wordt uitgereikt of, indien geen voorschotnota wordt uitgereikt, een voorschotbedrag wordt ontvangen:
1
op het tijdstip waarop een voorschotnota wordt uitgereikt onderscheidenlijk een voorschotbedrag wordt ontvangen; alsmede
2
op het tijdstip van de uitreiking van de eindfactuur over een verbruiksperiode, dan wel, bij toepassing van artikel 47, zevende lid, op de laatste dag van het aldaar bedoelde tijdvak van 18 maanden;
b
in andere gevallen op het tijdstip van de uitreiking van de factuur.
4
Voor de toepassing van het derde lid, onderdeel a, onder 1°, worden de hoeveelheden aardgas en elektriciteit, waarop de voorschotnota dan wel het voorschotbedrag is gebaseerd, aangemerkt als geleverde hoeveelheden.
5
In afwijking van het derde lid wordt de belasting bij toepassing van artikel 50, vierde lid, verschuldigd op het tijdstip waarop het verbruik plaatsvindt.
6
Indien de verrekening, bedoeld in artikel 47, eerste lid, onderdeel y, leidt tot een lager bedrag dan over de verbruiksperiode aan belasting is voldaan, wordt het verschil in mindering gebracht op de aangifte over het tijdvak waarin de eindfactuur is uitgereikt.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •